Home > Natuur- en beheertypen > N08 Open duinen > N08.01 Strand en embryonaal duin

N08.01 Strand en embryonaal duin

Beheertypen N08.01 Strand en embryonaal duin hoort bij:

N08 Open duinen

Duin- en kustlandschap

H2110 – Embryonale duinen

Algemeen

Ze komen meestal aan de zeezijde van de buitenste duinenrij voor, maar soms bij inbraken van de zee, ook aan de binnenkant van deze duinenrij. Wind en getijde zorgen voor een voortdurend veranderend uiterlijk. Veel embryonale duinen en stranden bestaan slechts kortstondig door toedoen van storm of springvloed.

De duinen en stranden kunnen zowel droog als nat zijn. Door de dominante invloed van het zoute water en de geselende werking van het stuivende zand, is de begroeiing zeer open en schaars. Waar het zeewater niet komt en de duintjes iets hoger worden komt biestarwegras voor. Dit zeer geharde gras houdt zand vast. De duintjes worden daardoor nog hoger en er ontstaan luwe plekken. Hier kan helm zich vestingen en wordt nog meer zand ingevangen. Op het vloedmerk, door het water afgezette plantenresten, vestigen zich andere karakteristieke soorten zoals zeeraket, loogkruid en zeepostelein. De meer beschut liggende embryonale duinen aan de binnenzijde van de buitenste duinenrij vormen een overgang naar open duin.

Strand en embryonaal duin staan aan het begin van de duinvorming en leggen daarmee de basis voor de biodiversiteit van de begroeiingsreeksen van de duinen Europees gezien zijn de embryonale duinen en stranden van bijzondere waarde. Strand en embryonaal duin zijn van belang voor broedende en foeragerende kustvogels, zoals dwergstern, eider, kleine mantelmeeuw en de strandplevier. Rust is een belangrijke voorwaarde voor hun aanwezigheid. Ook enkele ongewervelde dieren zijn aangepast aan de omstandigheden van embryonale duinen en stranden. Strand en embryonaal duin komen aan de kust voor, maar vaak ontbreekt goede kwaliteit door de hoge recreatiedruk en de beperkte ruimte voor natuurlijke processen.

 

Afbakening

  • Het beheertype Strand en embryonaal duin bestaat grotendeels uit kaal zand en een pioniervegetatie gekenmerkt door biestarwegras of planten die karakteristiek zijn voor vloedmerk.
  • Strand en embryonaal duin wordt door de zee begrensd en is onderhevig aan getijdenwerking en wind.

 

Bron: BIJ12 Index Natuur en Landschap

Recreatie

Recreatie is verreweg de grootste bedreiging voor embryonale duinen. Het Nederlandse strand is over het algemeen vrij toegankelijk. De zone waar de embryonale duinen ontstaan, is op veel plaatsen verpacht aan uitbaters van strandtenten of aan particulieren voor strandhuisjes. Meestal betreft het bouwsels die in de herfst verwijderd worden en in het voorjaar weer worden opgebouwd. De natuurlijke ontwikkeling wordt dan elk voorjaar weer tenietgedaan door de embryonale duintjes weg te bulldozeren. Recent worden er ook steeds meer vergunningen afgegeven voor jaarrond geopende strandpaviljoens en recreatiebungalows, waardoor embryonale duinen op die plaatsen helemaal niet meer kunnen ontstaan.

Op plekken die niet verpacht zijn, worden veel duintjes betreden door badgasten, wandelaars, terreinvoertuigen of ruiters. Het intensief berijden van het strand door officiële instanties, aannemers en strandpachters maakt de vestiging van nieuwe vegetatie bijna onmogelijk. Fauna die van strand en embryonale duinen afhankelijk is voor voortplanting wordt verstoord. Vooral strandbroeders als strandplevier en dwergstern hebben hier last van. Van de ongewervelde soorten ondervindt bijvoorbeeld de strandzandloopkever hinder van recreanten. De larven van deze soort leven in ondiepe holletjes in het zand, waar ze zeer kwetsbaar zijn.

 

Vastlegging van de zeereep

De pionierbegroeiing van embryonale duinen kan ieder jaar een ander oppervlak en locatie innemen, of een aantal jaren op dezelfde plek voorkomen. Voor langdurig behoud van de embryonale duintjes zijn, naast de meestal ruimschoots aanwezige winddynamiek, vooral de aanvoer van zand en een incidentele overspoeling met zeewater nodig. Gunstige omstandigheden doen zich voor bij een aangroeiende, zandige kustEnige mate van afbraak is belangrijk, anders groeien embryonale duinen door tot witte duinen, maar te veel erosie is gevaarlijk.

Als bij eroderende kustgedeelten de zeereep is vastgelegd en er geen suppletie plaatsvindt, wordt het strand steeds smaller. In die situatie is er te weinig zand en ruimte beschikbaar voor embryonale duinen. Ze kunnen wel ontstaan, maar worden ook snel weer afgebroken.

 

Strandschoonmaak

Mechanisch schoonmaken van het strand belemmert het ontstaan van embryonale duinen. Hiermee verdwijnen namelijk de vloedmerken, waar zich natuurlijke aanspoelsels verzamelen en die de kern kunnen vormen voor nieuwe duinvorming.  Bovendien worden planten vernietigd die het zand vasthouden (zie foto’s hieronder).

Verschil in embryonale duinontwikkeling als gevolg van strandschoonmaken.
De gemeente Den Haag maakt het strand mechanisch schoon (foto links), de gemeente Westland niet (foto rechts). Beide foto’s zijn genomen op 11 september 2016, door Bert van der Valk.

Het verwijderen van vloedmerken is ook nadelig voor de ongewervelde dieren die van dit tijdelijke biotoop gebruik maken als voortplantingsplek en voedselbron. Dit heeft weer een sterk negatief effect op het broedsucces van vogels die in de embryonale duinen broeden en die zich voeden met ongewervelden.

 

Zandsuppleties

Zandsuppleties op het strand kunnen eveneens de vorming van embryonale duinen belemmeren. Die belemmering vindt plaats als zand wordt gebruikt dat slecht verstuift, als embryonale duinen direct onder het zand verdwijnen, of als een strandsuppletie zo hoog wordt aangelegd dat door uitstuiving een schelpenvloertje ontstaat en het hogere strand onbereikbaar wordt voor de zee. Bij zandsuppleties op de onderwateroevers speelt dit probleem minder een rol.

 

Klimaatverandering

Ook de verwachte stijging van de zeespiegel, als gevolg van klimaatverandering, kan een bedreiging vormen. Zonder beheer zal het kustlandschap opschuiven, waardoor de kustverdediging in gevaar kan komen. Wordt de zeereep vastgelegd dan zullen, zoals eerder aangegeven, embryonale duinen schaars worden. Broedsels van plevieren en sterns zullen vermoedelijk vaker verloren gaan door hoogwater in het voorjaar en de zomer. Embryonale duinen kunnen dan alleen nog blijven ontstaan, wanneer zoveel gesuppleerd wordt dat de zandbalans in evenwicht blijft.

 

Kansen

Zandsuppleties vormen niet alleen een bedreiging maar ook een kans: ze zorgen voor een waarborging van de veiligheid van de duinen als zeekering. Daardoor zijn er meer mogelijkheden voor dynamisch kustbeheer. Ook klimaatverandering kan voor sommige soorten een positief effect hebben: zuidelijke plantensoorten van overstoven vloedmerken, zoals de gele hoornpapaver en de gelobde melde, kunnen zich mogelijk uitbreiden. Ook lijkt de blauwe zeedistel bij opwarming meer naar het strand te komen.

Herstel en inrichting

Recreatievrije zones instellen

Op drukbezochte stranden verhinderen intensieve betreding en strandreiniging zoals gezegd de duinvorming. Het heeft geen zin om daar de embryonale duinvorming te stimuleren, tenzij het strand erg breed is. In dat geval kunnen recreatievrije zones worden gecreëerd. Bij handhaving van die zones, in ieder geval in het voorjaar en de zomer, krijgt de duinvorming daar wel kansen. De recreatievrije zones zijn ook essentieel voor de vestiging en geslaagde voortplanting van broedvogels op strand en embryonaal duin.

Het berijden van het strand door diverse instanties en gebruikers moet worden beperkt en in goede banen geleid. Afrastering van zones waar zich embryonale duinen (kunnen) ontwikkelen kan daarbij een goed hulpmiddel zijn.

 

Selectieve strandreiniging

Op minder druk bezochte stranden kan selectieve strandreiniging het natuurlijke proces van de ontwikkeling van embryonale duinen stimuleren. Hierbij wordt alleen afval verwijderd en blijft organisch materiaal liggen. Dit kan al binnen enkele jaren leiden tot regeneratie van embryonale duinen. Het helpt hierbij als de chauffeurs van zware reinigingsmachines instructie krijgen om biestarwegras te ontzien.

 

Duinvorming sturen via kustlijninrichting

Op steeds meer plaatsen hebben zandsuppleties met goed verstuivend zand onbedoeld het ontstaan van embryonale duinen bevorderd. Soms gebeurde dat op de plaats van de suppletie, soms ‘stroomafwaarts’ van die plaats. Mogelijk kan in de toekomst de embryonale duinvorming gericht door suppletie verder worden bevorderd of aangestuurd.

Oppervlak aan embryoaal duin per proefgebied in ha/km (NB Terschelling midden eerste opname niet bepaald, afwijkende jaren: 2003-2008 voor Terschelling west; eerste opname 2000 voor Castricum en Wassenaar)

Lees hierover meer in de rapporten ‘Effecten van zandsuppletie op duinontwikkeling‘ en ‘Ecologische effecten van zandsuppletie op de duinen langs de Nederlandse kust‘.

Ook via de inrichting van de zeereep kan de vorming van embryonale duinen tegen de duinvoet worden bevorderd, met name door het stimuleren van zandverstuiving en het opwekken van winderosie op het duinfront.

Delflandse kust

In de vorming en bedreiging van embryonale duinen vormt de Delflandse kust een interessant voorbeeld. De kust is hier al eeuwenlang erosief en wordt beschouwd als een zwakke schakel in de kustbescherming. Bij een stijgende zeespiegel kan in de toekomst de veiligheid niet meer worden gegarandeerd. Een middel om hier de kust te versterken is verbreding van het smalle duingebied in de richting van de zee. Aanvankelijk gebeurde dit door het aanbrengen een kunstmatige duinenrij tegen de duinvoet, waarbij de toen aanwezige embryonale duinen geheel werden begraven. Vervolgens werd gekozen voor een megasuppletie van zand voor de kust, de zogenaamde Zandmotor. Onder invloed van stroming en wind vormt dit zand uiteindelijk een breder strand en een extra duinenrij. Na aanleg van de Zandmotor begonnen geleidelijk weer nieuwe duintjes te ontstaan, opnieuw voor en tegen de duinvoet. Omdat veel duintjes kapot werden gereden werd in 2015 een zone uitgerasterd, waarin embryonale duinen zich sindsdien ongestoord verder kunnen ontwikkelen. Interessant was ook het ontstaan van nieuwe duintjes op de Zandmotor zelf. Door vestiging van biestarwegras of helm direct op het strand nam in het vierde en vijfde jaar na aanleg van de Zandmotor het aantal van deze duintjes explosief toe.  De dynamiek in verschijnen en verdwijnen bleek ook erg groot en een belangrijk deel van de duintjes is na korte tijd alweer verdwenen.

Algemene informatie is te vinden in de brochure Zandmotor Delflandse kust.

Meer gedetailleerde informatie over de invloed op natuurwaarden is te vinden in het rapport Natuurevaluatie 5 jaar zandmotor.

Gerelateerde OBN onderzoeken

Verkerving van de zeereep voor een veerkrachtig duinlandschap

Mega suppleties zeewaartse duinontwikkeling

Gerelateerde overige publicaties

Kustbroedvogels in Nederland

- sep 2024

Handleiding dynamisering zeereep

- dec 2022

Beheeradvies activering eolische dynamiek duinen Zuid-Kennemerland als PAS-maatregel voor habitattype H2130 Grijze duinen

- jan 2018

Gerelateerde activiteiten

Komende activiteiten

20 mrt 2025Veldwerkplaats

Bodembiologie

20 mrt 2025Webinar

Ophogen beekbodems

16 apr 2025Veldwerkplaats

Insectvriendelijk maaibeheer

Afgeronde activiteiten

30 sep 2024Veldwerkplaats

Exoten in het duingebied

09 sep 2024Veldwerkplaats

Ruimte voor zand

30 mrt 2023Webinar

Dynamisering zeereep