Home > Natuur- en beheertypen > N12 Rijke graslanden en akkers

N12 Rijke graslanden en akkers

Beheertypen N12 Rijke graslanden en akkers hoort bij:

N12.01 Bloemdijk

N12.02 Kruiden- en faunarijk grasland

N12.03 Glanshaverhooiland

N12.04 Zilt- en overstromingsgrasland

N12.05 Kruiden- en faunarijke akker

N12.06 Ruigteveld

Algemeen

Voedselrijke graslanden en akkers zijn soortenrijke lage begroeiingen op relatief voedselrijke gronden. Op kleigronden gaat het ongeveer om nutriëntenniveaus die van nature aanwezig zijn; op zandgronden kon het natuurtype pas ontstaan door lichte vormen van bemesting. Voedselrijke graslanden en akkers waren vroeger onderdeel van het agrarisch bedrijf. Voor de soortenrijkdom is ook nu van belang dat het gebruik/beheer extensief is. De grote soortenrijkdom betreft zowel plantensoorten (vooral kruiden) als verschillende diergroepen. De soorten zelf behoeven niet altijd zeldzaam of typerend te zijn.

Ontstaansgeschiedenis

In de meeste gevallen zijn voedselrijke graslanden een relict van de voormalige landbouwpraktijk. Indien het beheer jarenlang zou wegvallen, kan een ontwikkeling optreden naar struweel en bos, behalve in zilt grasland waar geen bosopslag mogelijk is. Het beheertype bloemdijken is een voorbeeld van een min of meer ‘aangelegd biotoop’.

Welk beheertype op een bepaalde plaats realiseerbaar is, hangt af van de abiotische omstandigheden. Daarnaast is het beheer mede bepalend voor het beheertype dat zich kan ontwikkelen.

 

Bron: BIJ12 Index Natuur en Landschap

Voorkomen en areaal

De naamgeving zou doen vermoeden dat dit type is gerelateerd aan de gangbare landbouw en dus een ruime verspreiding heeft in Nederland. Dit is echter niet (meer) het geval. Met name door de intensivering van de landbouw komen voedselrijke graslanden en akkers met voldoende kwaliteit alleen nog voor in natuurgebieden en gebieden met agrarisch natuurbeheer. In de klei- en veengebieden gaat het vaak om wat grotere eenheden (of langgerekte eenheden zoals bloemdijken), in de zandgebieden zijn het meestal kleine oppervlaktes die blijvend worden beheerd als voedselrijk grasland en akker. In sommige gevallen echter gaat het om gebieden waar alleen tijdelijk voedselrijke graslanden en akkers aanwezig zijn, als tussenfase op weg van reguliere landbouwgrond naar schralere natuurtypen.

Gerelateerde OBN onderzoeken

Helaas, geen gerelateerde OBN onderzoeken gevonden.

Gerelateerde overige publicaties

Maaistrategieën voor insectvriendelijk maaibeheer

- feb 2025

Effecten van natuurherstel op de broeikasgasbalans van natuurgebieden

- jul 2024

Wormenbestrijding bij grazers in de natuur

- jul 2024

Gerelateerde activiteiten

Komende activiteiten

20 mrt 2025Veldwerkplaats

Bodembiologie

16 apr 2025Veldwerkplaats

Insectvriendelijk maaibeheer

Afgeronde activiteiten

18 jan 2024Webinar

Selecteren van zaden: hoe voorkomen we floravervalsing?

14 dec 2023Webinar

Omvorming landbouwgrond tot schrale natuur

23 nov 2023Webinar

Grip op beekslib