Groene gaasvliegen
De groene gaasvlieg is een belangrijke bondgenoot in de agrarische sector vanwege haar rol als natuurlijke vijand van plaaginsecten zoals bladluizen, witte vlieg en trips.
Algemeen
De groene gaasvlieg is een belangrijke bondgenoot in de agrarische sector vanwege haar rol als natuurlijke vijand van plaaginsecten zoals bladluizen, witte vlieg en trips. Volwassen groene gaasvliegen leven van nectar, stuifmeel en honingdauw, terwijl hun larven zich voeden met een breed scala aan kleine plaaginsecten. Deze veelzijdigheid maakt de groene gaasvlieg een waardevolle soort in het bevorderen van biologische plaagbestrijding in akkerbouw en tuinbouw.
Behoefte van groene gaasvliegen
De behoeften van groene gaasvliegen kunnen worden samengevat in vier belangrijke factoren: Voedsel, Veiligheid, Voortplanting en Verplaatsing. Deze “vier V’s” geven inzicht in wat deze soortgroep nodig heeft om te overleven en succesvol te zijn in het agrarische landschap.
Voedsel
Volwassen groene gaasvliegen leven voornamelijk van stuifmeel, nectar en honingdauw. Larven voeden zich vooral met bladluizen, maar eten ook andere plaagsoorten zoals witte vlieg, spint en wolluis.
Veiligheid
De groene gaasvlieg overwintert als volwassen insect en zoekt in de herfst beschutte plekken op zoals bossen, bosranden, klimop of zelfs menselijke bebouwing.
Voortplanting
Vrouwtjes leggen hun eieren vooral op planten met prooidieren. Eieren worden individueel of in kleine groepjes afgezet op steeltjes aan de boven- of onderkant van bladeren en hebben vaak een witte tot groenige kleur. De steeltjes beschermen de eieren tegen predatie en zorgen ervoor dat de eieren zich veilig kunnen ontwikkelen.
Verplaatsing
Groene gaasvliegen zijn vrij mobiel en kunnen zich vliegend verplaatsen van houtige elementen, zoals bomen, naar akkers. Ze gebruiken akkers vooral als tijdelijk habitat.
Maatregelen
Om groene gaasvliegen te ondersteunen en hun leefomgeving te verbeteren, zijn specifieke maatregelen in akkerbouwgebieden nodig. Deze maatregelen richten zich op het creëren van een geschikt habitat:
Peulvruchten telen
Bloeiende peulvruchten leveren nectar en stuifmeel die aantrekkelijk zijn voor volwassen gaasvliegen.
Mengteelten of bloeiende gewassen
Diverse gewassen combineren zorgt voor een variëteit aan voedselbronnen.
Verminderen insecticiden inzet
Het terugdringen van insecticidengebruik beschermt gaasvliegen tegen schadelijke stoffen.
Natuurvriendelijke oever
Natuurlijke oeverzones met bloeiende vegetatie bieden een gunstige leefomgeving.
Heg, haag en struweel
Heggen en hagen bieden overwinteringsplekken en schuilplaatsen voor gaasvliegen.
Houtsingel en houtwal
Houtwallen en singels vormen belangrijke overwinteringslocaties en plekken waar gaasvliegen beschutting vinden.
Eenjarige akkerrand
Eenjarig ingezaaide akkerranden met bloeiende planten ondersteunen het voedselaanbod voor volwassen gaasvliegen.
Groene braak
Door velden tijdelijk braak te laten en spontane vegetatie te stimuleren, ontstaan extra foerageer- en schuilplekken voor zowel volwassen gaasvliegen als hun larven.