Home > Habitattypen > H6430 – Ruigten en zomen

H6430 – Ruigten en zomen

Beheertypen van het H6430 – Ruigten en zomen zijn:

N01.02 Duin- en kwelder

N01.03 Rivier- en moeras

N01.04 Zand- en kalklandschap

N05.03 Veenmoeras

N05.04 Dynamisch moeras

N12.06 Ruigteveld

Algemeen

Het habitattype betreft enerzijds natte, veel biomassa producerende strooiselruigten op voedselrijke standplaatsen en anderzijds zomen langs vochtige tot droge bossen. Daarbij gaat het alleen om relatief soortenrijke ruigten met bijzondere soorten (soortenarme ruigten met uitsluitend zeer algemene soorten vallen buiten de definitie van het habitattype).
Binnen dit habitattype worden drie subtypen onderscheiden die aansluiten bij de indeling in drie verbonden die tot het habitattypen behoren.

 

Relatief belang in Europa

H6430_A Ruigten en zomen (moerasspirea): aanzienlijk
Natte strooiselruigten komen wijd verbreid voor in Europa.

H6430_B Ruigten en zomen (harig wilgenroosje): zeer groot
Natte strooiselruigten komen wijd verbreid voor in Europa. Internationaal bekeken is van bijzonder belang de soortensamenstelling van het habitattype in ons land. Twee van de vier voor Nederland beschreven associaties (Valeriano-Senecionetum en Oenantho-Althaeetum) komen buiten ons land niet of nauwelijks voor.

H6430_C Ruigten en zomen (droge bosranden): aanzienlijk
Ruigten en zomen van droge bosranden komen wijd verbreid voor in Europa.

Subtypen

H6430_A Ruigten en zomen (moerasspirea)

Natte, soortenrijke ruigte van zoet, laagdynamisch milieu. Deze ruigten vormen meestal lintvormige oeverbegroeiingen. Ze komen algemeen voor in ons land, met name in de beekdalen, in het rivierengebied en in het laagveengebied. Op de meeste plaatsen betreft het matige vormen met Moerasspirea (Filipendula ulmaria) en Grote valeriaan (Valeriana officinalis) en verder vrijwel uitsluitend zeer algemene soorten.
Van bijzonder belang zijn echter gemeenschappen met zeldzame soorten zoals Lange ereprijs (Veronica longifolia) of Moeraswolfsmelk (Euphorbia palustris). Ook Poelruit (Thalictrum flavum) is een niet-alledaagse plantensoort in deze begroeiingen.
Op veengrond, in het laagveengebied, komen plaatselijk in de natte strooiselruigten zeldzame graslandsoorten voor zoals Moeraslathyrus (Lathyrus palustris) en Kievitsbloem (Fritillaria meleagris). Ruige vormen van Dotterbloemhooilanden (Calthion palustris) worden uitdrukkelijk niet tot het habitattype gerekend.

 

H6430_B Ruigten en zomen (harig wilgenroosje)

Natte, soortenrijke ruigte met Harig wilgenroosje en Moerasmelkdistel. Ze worden aangetroffen op veen- en kleibodems, binnen het overstromingsbereik van rivierwater of brak boezemwater. De goede vormen betreffen gemeenschappen met bijvoorbeeld Rivierkruiskruid (Senecio fluviatilis) en zoetwatergetijdensoorten zoals Spindotterbloem (Caltha palustris subsp. araneosa) en Zomerklokje (Leucojum aestivum).
Opmerkelijk zijn ook ruigtebegroeiingen van (zwak) brakke omstandigheden met als bijzonderheden Heemst (Althaea officinalis), Echt lepelblad (Cochlearia officinalis subsp. officinalis), Dodemansvingers (Oenanthe crocata), Zilt torkruid (Oenanthe lachenalii) en Selderij (Apium graveolens).

 

H6430_C Ruigten en zomen (droge bosranden)

Droge zoomgemeenschappen van relatief stikstofrijke standplaatsen, die in meerdere of mindere mate worden beschaduwd. Ze komen bijvoorbeeld voor langs heggen en langs bosranden. De standplaatsen worden zelden of nooit door oppervlaktewater overspoeld, waarmee deze begroeiingen zich onderscheiden van de natte strooiselruigten die bij de eerste twee subtypen zijn ingedeeld.

Zeldzame soorten die in ruigten van dit subtype voorkomen zijn onder andere Kruisbladwalstro (Cruciata laevipes), Stijve steenraket (Erisymum hieracifolium), Torenkruid (Arabis glabra) en Kleine kaardebol (Dipsacus pilosus).
Op leemhoudende bodem is soms de zeldzame Welriekende agrimonie (Agrimonia procera) aanwezig.
In de duinen gaat het om overgangen tussen duingraslanden (H2130) en duinbossen (H2180) met onder andere Veldhondstong (Cynoglossum officinale) als vrij zeldzame soort.

 

Bron: natura2000.nl

Gerelateerde OBN onderzoeken

Verkenning van gecombineerde analyses van de ANLb beheermonitoring van vogels in akkergebieden

- jan 2020

Functionaliteit van (erosie)buffers rond Natura-2000 gebieden in het Heuvelland

- jan 2017

Gerelateerde overige publicaties

Bestrijding van dijkviltbraam in Zeeland

- jul 2024

Bramenland Nederland – Soortenrijkdom en natuurwaarde

- mei 2024

Kansen voor fauna in natuurbeheer

- feb 2024

Gerelateerde activiteiten

Komende activiteiten

20 mrt 2025Veldwerkplaats

Bodembiologie

Afgeronde activiteiten

19 okt 2023Webinar

De ene braam is de andere niet