Heuvellandschap
Dit landschapstype komt alleen voor in Zuid-Limburg, waar een hoog plateau is doorsneden door rivieren en beken en hoogteverschillen worden overbrugd door geleidelijke gradiënten, rivierterrassen en steilranden. Het landschap is deels open, deels meer besloten door de aanwezigheid van veel houtige elementen.
Het heuvelland is door tektoniek opgeheven, waarna rivieren en beken zich hebben ingesneden en sedimenten hebben afgezet. De bodem op het plateau bestaat uit löss, dat door de wind is aangevoerd. Deze fijne leem, vermengd met kalkdeeltjes, is enorm vruchtbaar en wordt daarom wel de ideale landbouwgrond genoemd. De bodem laat water goed door en kan ook goed water vasthouden, zelfs tijdens lange, droge perioden. Wanneer de bodem nat is, kan deze echter wel heel kleverig worden. Akkerbouw vindt niet alleen op het plateau plaats, maar ook op niet al te steile, hellingen, met een eveneens voedselrijke, maar wel erosiegevoelige, kleibodem. De kavels zijn zeer onregelmatig van vorm en omvang. Het landschap is afwisselend open en meer besloten, met heggen, hagen, houtwallen en bosranden. In het heuvelland worden gewassen zoals consumptieaardappelen, granen (zoals gerst en tarwe), suikerbieten en maïs worden verbouwd. Vrijwel alle agrarische ondernemers zijn ook actief in andere agrarische sectoren, voornamelijk in de veeteelt en de fruitteelt.