Muizeneters
Roofvogels die muizen eten zijn sterk afhankelijk van open agrarische landschappen voor voedsel en broedgebieden.
Algemeen
Deze roofvogels, waaronder de grauwe en blauwe kiekendief, velduil en ruigpootbuizerd, zijn sterk afhankelijk van open agrarische landschappen, zoals akkers, voor voedsel en broedgebieden.
Behoefte van muizeneters
De behoeften van muizeneters kunnen worden samengevat in vier belangrijke factoren: Voedsel, Veiligheid, Voortplanting en Verplaatsing. Deze “vier V’s” geven inzicht in wat deze soortgroep nodig heeft om te overleven en succesvol te zijn in het agrarische landschap.
Voedsel
Muizeneters jagen voornamelijk op veldmuizen. Ze hebben toegang nodig tot lage en open vegetatie, zoals grasland, graanstoppel of braakland, waar veldmuizen bereikbaar zijn. Hun foerageergebied kan zich over tientallen vierkante kilometers uitstrekken.
Veiligheid
Het oogsten of maaien kan nesten van muizeneters bedreigen. Predatie door grondpredatoren, zoals vossen en marterachtigen, vormt ook een risico voor nesten en jongen.
Voortplanting
Muizeneters broeden vaak in akkers, met wintertarwe of luzerne, of op graslanden en braakvegetatie.
Verplaatsing
De grauwe kiekendief migreert na het broedseizoen naar de Sahel, terwijl de blauwe kiekendief en velduil het hele jaar aanwezig zijn. Tijdens de winter is hun actieradius groter, omdat ze grotere gebieden doorkruisen op zoek naar voedsel. De ruigpootbuizerd is een wintergast.
Maatregelen
Om muizeneters te ondersteunen en hun leefomgeving te verbeteren, zijn specifieke maatregelen in akkerbouwgebieden nodig. Deze maatregelen richten zich op het creëren van geschikte habitat.
Granen telen
Grootschalige teelt van graan biedt zowel broedgelegenheid als foerageergebied voor muizeneters.
Grasklaver telen
Grasklaver is aantrekkelijk voor veldmuizen en daarmee een belangrijk foerageergebied voor muizeneters.
Minimale grondbewerking
Het beperken van grondbewerking helpt bij het handhaven van stabiele veldmuizenpopulaties, wat essentieel is voor het voedselaanbod van muizeneters.
Meerjarige akkerrand
Meerjarige akkerranden bieden foerageergebieden voor muizeneters door een voedselaanbod en schuilplaatsen voor veldmuizen te creëren.
Vogelgraan + stoppelland
Door vogelgraan aan te planten en akkers na de oogst als stoppelland te laten staan, blijft er in de winter voedsel beschikbaar voor muizeneters.
Vogelakker
Deze akkers bevatten een mix van gewassen en braakliggend land die de aanwezigheid van prooidieren zoals veldmuizen bevordert.
Wintervoedselakker
Wintervoedselakkers bieden een geschikt jaaggebied tijdens de wintermaanden.