In 2006 werd in het ven de Catspoele de Oostelijke witsnuitlibel ontdekt, een soort die voorheen als uitgestorven werd beschouwd. Tot 2009 bleef de populatie stabiel, maar sindsdien is er een sterke afname te zien. In 2013 werden slechts twee individuen waargenomen. Onderzoek, uitgevoerd door de Expertisegroep Fauna van O+BN, richtte zich op het achteruitgaan van de soort. Het bleek dat de witsnuitlibel afhankelijk is van een ijle vorm van waterveenmos, dat door een afname in CO2-concentratie verdween. Waarschijnlijk was de CO2 afkomstig uit een verstoorde leemlaag onder het ven, waardoor kalkhoudende delen naar de oppervlakte kwamen. Dit heeft geleid tot een tijdelijke stijging van de CO2-beschikbaarheid. Het herstel van de soort hangt af van het verbeteren van de groeicondities voor veenmos, maar het bekalken van het omliggende gebied brengt risico’s met zich mee, zoals een verhoogde pH die giftig kan zijn voor veenmossen. Aanvullend onderzoek is nodig om de herstelmogelijkheden vast te stellen.
De laatste onderzoeken, bijeenkomsten en actuele thema’s
Coördinatie van OBN Natuurkennis door VBNE. Financiering door Ministerie van LVVN, Bij12 en de Europese Unie.
Heb je een vraag? Onze deskundigen
geven je graag advies op maat.
Neem contact op met
Geert van Duinhoven
g.vanduinhoven@vbne.nl
06 225 301 25