In 2007 werd op de Verlengde Bemelerberg een grootschalig experiment uitgevoerd waarbij ontgronden werd gecombineerd met het aanbrengen van maaisel. In 2011 werden op vijf locaties binnen het ontgronde gebied en vijf locaties met zowel ontgronding als maaisel bodemmonsters genomen van goed ontwikkeld hellingschraalland. In 2012 werden de effecten op bodemmesofauna, bodemchemie en mycorrhiza onderzocht. Later, in 2015, werd gekeken naar de impact van het enten van bodem op vegetatie, bodem en mycorrhiza.
De resultaten van de studie laten zien dat de proefvlakken waar na ontgronden maaisel werd toegevoegd, in 2011 al goed waren dichtgegroeid met hellingschraallandvegetatie. Hier had enten geen significante effecten op de vegetatie, bodem en mycorrhiza. In de ontgronde proefvlakken zonder maaisel leidde enten tot een hogere pH en calciumconcentratie en resulteerde het in een toename van karakteristieke hellingschraallandsoorten uit het entmateriaal. Sinds 2010 zijn veel hellingschraallandsoorten op eigen kracht verspreid door het terrein, ondersteund door schapenbegrazing. Hoewel de bedekking en hoogte van de vegetatie geen significante verschillen vertoonden na enten, had enten wel een significant effect op het percentage hyfen bij de planten Plantage lancelolata en Trifolium repens.
Enten met bodem heeft dus een positief effect op de vegetatieontwikkeling, maar alleen in relatief kale omstandigheden. Er zijn geen positieve effecten op mycorrhiza-ontwikkeling waargenomen na het enten met bodem.
De laatste onderzoeken, bijeenkomsten en actuele thema’s
Coördinatie van OBN Natuurkennis door VBNE. Financiering door Ministerie van LVVN, Bij12 en de Europese Unie.
Heb je een vraag? Onze deskundigen
geven je graag advies op maat.
Neem contact op met
Geert van Duinhoven
g.vanduinhoven@vbne.nl
06 225 301 25