Het bijzondere aan natuurgebieden in de kustzone is dat ze vaak extra functies hebben zoals drinkwatervoorziening, recreatie, wonen en veiligheid. Gevolg is dat de natuur meer en meer raakt ‘ingeklemd’ en het moeilijk is om de natuur goed te beheren. Daarom is het extra belangrijk om het systeem goed te begrijpen en maatregelen te onderzoeken die de natuur helpen versterken. In dit onderzoek is onderzocht welke ruimte de natuur minimaal moet hebben om goed te kunnen functioneren. Onderzoekers hebben uitgezocht wat, afhankelijk van lokale condities, de minimale breedte is van een functionerend kustlandschapsmozaïek. Ook is gekeken welke Nederlandse kustlijndelen nu breed genoeg zijn, en hoe we deze zouden moeten beheren. Ook is er gekeken of verbreding van te smalle kusten via nieuwe suppletiemethoden tot herstel van natuurlijke erosie-en-hersteldynamiek kan leiden.
De resultaten van dit onderzoek tonen dat langs de Nederlandse kust alle habitatstypen voorkomen bij een breedte van de duinzone van minstens 1500 meter, maar 75% van de plantensoorten worden gemiddeld pas gevonden bij een duinbreedte van ongeveer 1800 meter, en 90% bij 2200 meter (tot maximaal zelfs 5100 meter). In Nederland is deze ruimte niet overal beschikbaar: de Wadden-, Hollandse en Deltakust hebben respectievelijk gemiddeld 0,6 km, 0,8 km en 2,3 km extra nodig.
De kennis en inzichten die dit rapport hebben gebracht, geeft beheerders en beleidsmakers veel meer mogelijkheden om op basis van gefundeerde kennis het gesprek te voeren over de gewenste inrichting van de kustzone. Daarnaast geeft het rapport handreikingen om die eventueel noodzakelijke herinrichting ook daadwerkelijk in te zetten.
De laatste onderzoeken, bijeenkomsten en actuele thema’s
Coördinatie van OBN Natuurkennis door VBNE. Financiering door Ministerie van LVVN, Bij12 en de Europese Unie.
Heb je een vraag? Onze deskundigen
geven je graag advies op maat.
Neem contact op met
Geert van Duinhoven
g.vanduinhoven@vbne.nl
06 225 301 25