Het onderzoek gaat over de maximaal toelaatbare concentraties nitraat en fosfaat in het bronwater van kalktufbronnen in Zuid-Limburg, een uniek en kwetsbaar brontype dat alleen in deze regio voorkomt en is opgenomen in de Habitatrichtlijn (H7220). Kalktufbronnen zijn gevoelig voor stikstof en hebben te maken met hoge nitraatwaarden in het grondwater, gemiddeld 85 mg/l, wat ruim boven de Europese Nitraatrichtlijn van 50 mg/l ligt. Dit vormt een bedreiging voor het behoud van deze bronnen. Het onderzoek had tot doel grenswaarden voor nitraat en fosfaat vast te stellen om negatieve effecten op de instandhouding van het habitattype te voorkomen.
Op basis van de verzamelde gegevens zijn grenswaarden afgeleid voor nitraat en fosfaat in het bronwater. De grenswaarde voor de referentie (goed) is voor nitraat in kalktufbronnen vastgesteld op 18 mg/l (288 μmol/l NO3-). Voor ortho-fosfaat ligt de grenswaarde voor de referentie op 0,04 mg/l (0,42 μmol/l ortho-PO43-). In Zuid-Limburg komen geen kalktufbronnen voor die tot de referentieklasse ‘goed’ kunnen worden gerekend. Wel kan een aantal bronnen worden toegedeeld aan de klasse ‘matig’. Het zwaartepunt daarvan ligt in het zuidoosten van Zuid-Limburg (o.a. Noorbeemden, omgeving Epen). De overige bronnen zijn te rekenen tot de sterk verarmde klasse, waaronder de kalktufbronnen in het Bunder- en Elslooërbos.
De laatste onderzoeken, bijeenkomsten en actuele thema’s
Coördinatie van OBN Natuurkennis door VBNE. Financiering door Ministerie van LVVN, Bij12 en de Europese Unie.
Heb je een vraag? Onze deskundigen
geven je graag advies op maat.
Neem contact op met
Geert van Duinhoven
g.vanduinhoven@vbne.nl
06 225 301 25